Schatten,
met enige regelmaat worden ze nog gevonden in het ondergrondse.
Aan iedere vondst zit natuurlijk een verhaal.
Fantasie of werkelijkheid, wie zal het zeggen? Hierbij het relaas van Henk, een bij berglopers bekend figuur. . . .
Iedere
Bergloper kende hem wel.
Persoonlijk,
of van horen zeggen of op z'n minst van een van de 'sterke' verhalen:
wijlen Henk Kohlen.
Hij
deed veel 'illegaal' in de berg, maar voor Henk bestond dat woord
niet want de berg is er voor iedereen.
Als
je al vanaf kleine jongen in de berg komt, en zeker in de tijd dat
bijna niets was afgesloten, bestaat een verbod niet of je laat je dat
niet zo makkelijk opleggen.
Enfin,
van deze Henk kreeg ik op enig moment een paar handgeschreven A4-tjes
toegeschoven met de vraag deze eens uit te werken in een, voor
iedereen, leesbare tekst en de dringende vraag om het niet aan derden
kenbaar te maken.
Ondanks
mijn jarenlange geheimhouding dook het verhaal toch links en rechts
op, en na bijna 10 jaar, en ruim een jaar na Henk’s overlijden
heb ik het weer in handen: bij het opruimen van een lade kwam ik het
tegen.
Bij
het opnieuw doorlezen ervan rijst de gedachte om het te delen als
eerbetoon aan Henk, als blijk van erkenning voor de talloze
onderzoeken die hij deed in de diverse mergelgroeven in en rond
Maastricht.
Geen
officiële onderzoeken met vergunningen en zo, maar gewoon volgens de
“Henk” methode: niet te veel ruchtbaarheid er aan geven, en
vooral op tijden als andere mensen van hun nachtrust genieten.
Waar
of niet waar, dit is een echt ”Henk” verhaal.
Ik
besloot na te trekken of althans proberen na te trekken hoeveel
waarheid er in dit verhaal zit.
Uit
goede en betrouwbare bron verneem ik vervolgens dat de inhoud van het
aan mij toevertrouwde verslag wel degelijk klopt!
Er
komt zelfs nóg zo’n vertrouwelijk verslag op tafel waarin de
vondsten uit het onderstaand beschreven rapport stuk voor stuk en
minutieus beschreven worden!
Compleet
met een getekende plattegrond waarop de vindplaats van een muntschat.
De
bezitter van dit verslag heeft zelfs enkele exemplaren van de
gevonden munten
op
de keukentafel gehad . . . .
Voor
de mensen die mogelijk bekend zijn met het originele verslag: de
tekst is hier en daar wat aangepast om het wat vlotter te kunnen
lezen.
Er
zijn echter geen feiten toegevoegd of weggelaten.
Het
rapport:
Onderzoeksresultaten
Noordelijk gangenstelsel Sint Pietersberg Maastricht
Uitgevoerd
door Henk Kohlen, opgetekend februari 2005
Op
7 februari 1990 besloten Gerard Heussen en Henk Kohlen een
hernieuwd
wetenschappelijk onderzoek van het Noordelijk gangenstelsel
van
de St Pietersberg bij Maastricht te starten.
Na
diverse gesprekken met de voormalig ENCI directeur dhr. Geitenbeek
te
hebben gevoerd, beloofde deze de beide onderzoekers zijn
onvoorwaardelijke
steun toe, en leverde de onderzoekers belangrijke
aanvullende
gegevens.
Van
één ding waren de onderzoekers beide overtuigd:
Het
al eerder ontdekte van "Noord" kon niet alles geweest zijn!
Boringen
van de onderzoekers bevestigde dit vermoeden al.
Ze
gingen aan de slag en maakte veelbelovende vorderingen.
Het
plotselinge overlijden van Gerard Heussen was voor zijn vrienden en
collega
berglopers een enorme klap, veel kennis over de St Pietersberg is
met
hem verloren gegaan, en het noopte Henk Kohlen alleen verder te
gaan.
Deze was vast besloten het onderzoek voort te zetten.
Naast
Henk's niet onbesproken andere bergaktiviteiten ging hij in zijn
eentje
verder... rustig, gestaag en onopvallend....
Door
zijn omgeving en de media helemaal op het Zuidelijk gangenstelsel
te
focussen, met zichzelf in de hoofdrol, vielen zijn activiteiten in
"Noord"
dus
helemaal niet op.
Hij
werkte daar moederziel alleen en in volstrekte anonimiteit.
Daar
is letterlijk iedereen in zijn omgeving in getrapt!
Een
eventuele kans vroegtijdig ontdekt te worden sloot hij, door
behoedzaam,
manoeuvreren helemaal uit.
De
al vergevorderde werkzaamheden die het onderzoek met zich mee
bracht
waren inmiddels levensgevaarlijk geworden.
Ieder
normaal denkend mens zou zich zeker niet op deze plek in de
groeve
wagen, laat staan er ook nog te werken. . . . behalve Henk!
In
de nacht van 31 mei 2004 leidde dit tot de ontdekking van een
gedeelte
van het Noordelijk gangenstelsel, ingeklemd tussen de Wilde
Berg
en de kwekerij van P. Ronda.
Oude
kaarten van de groeve geven aan dat dit gedeelte, voor de instorting
van
1795, een intact en begaanbaar gedeelte van "Noord" was.
Bij
het betreden wist Henk het zeker: hier had eeuwen lang alleen de
stilte
en duisternis geheerst, en er was al die tijd geen sterveling meer
geweest.
Het
jongste opschríft ter plekke: VAUBAN 1674, de rest:
alleen
maar ouder!
Prioriteit
1 was nu het maken van een aanvullende plattegrond, en het
inpassen
ervan in het resterende gangenstelsel.
Hierin,
zo geeft de onderzoeker zelf aan, ben ik niet zo bedreven als
bijvoorbeeld
Jac.Diederen (zie Jansse Eggels) maar hij heeft zijn best
gedaan!
Het
resultaat is een vrij goede kompasmeting van 1:300 geworden.
Verder
zijn opschriften en andere bijzonderheden vastgelegd op schrift.
De
meest moderne detectieapparatuur tenslotte maakte in letterlijke zin
Henk
zijn stoutste dromen waar. . . .
We
schrijven de nacht van 2 op 3 oktober 2004, de tijd: 02.45 uur.
De
detectieapparatuur geeft te kennen dat er zich achter in een nis een
vrij
groot metalen object moet bevinden op ongeveer 60 cm. diepte.
Na
het weghalen van de losse mergel blijkt dit geen kuiltje te zijn maar
een
vakkundig gezaagd blok mergelsteen dat rechtop in een gat staat.
Het
precies passende blok is er met de hand niet uit te tillen, en
voorzichtig
wordt er met een beitel gewerkt.
Onder
het blok bevindt zich weer losse mergel welke met de hand
verwijderd
wordt.
Na
een laag van ongeveer 20 centimeter weggehaald te hebben voelt de
onderzoeker
iets anders dan losse mergel. . .
Tientallen
kleine zwarte plaatjes van plusminus 4 cm in doorsnee en 2 à 3 mm.
dik
komen
te voorschijn!
Het
duurt even voor dat het doordringt dat het munten zijn, en de
gedachten
van Henk dwalen gelijk af naar het rapport van dhr.
Geitenbeek,
14 jaar geleden in het café "de Karkol":
"Op
woensdag 5 september 7957 vonden de gebroeders Vrancken in de
vloer
van een gang in de "Wilde Berg" in totaal 756 zilverlingen
met een
gewicht
van meer dan 2 kilo
Ducatons,
Patagons en Schellingen, allen van PHS 3+4 *
1616-1668,
evenals nog enkele Luikse munten".
Dit
alles niet ver van de plaats waar de onderzoeker zijn vondst doet.
Henk
gaat snel door met het graafwerk en telt in totaal 196 zilverlingen,
140
Schellingen en 56 kwart Patagons zoals later blijkt, met een gewicht
van
dik 1100 gram, allen PHS 4/1622-1660.
De
vondst bestaat uit munten van de Spaanse Nederlanden (PHS 4), en
geslagen
te Antwerpen, Brussel, Brugge, Doornik en Atrecht, het huidige
Arras.
Munttekens:
Hand, Kopje, Lelie, Toren en Rat.
Determinatiebronnen
van de gevonden munten:
Histoire
monetaire du Brabant. (par Alphonse de Witte 1612-1665)
A.
Delmonte, avenue de Jette4-1080 Bruxelles (1612-1665)
Chronologische
volgorde van vondsten in de St Pietersberg met betrekking
tot
de Spaanse Nederlanden:
I)
Februari 1948:
Championkweker
víndt 8 stuks 1/4 Patagons van PHS 4/ 1625-1648
Op
een "schap" in de “Zwarte Berg”.
2)
September 1951:
De
gebroeders Vrancken vinden "zilverschat in de krijtzee".
(zie
boekje dhr. Gadiot ENCI)
3)
April 1980:
Gerard
Heussen vindt 124 musketkogels in de hoek van een nis in
de
"Wilde Berg"
4)
Maart 1981:
Gerard
Heussen vindt in “Noord” 6 stuks koperen Oorden PHS 3/
1606-1609.
5)
Oktober 2004
Bergloper
Henk Kohlen realiseert na jaren werk en onderzoek een
toegang
tot een sinds 3 eeuwen afgesloten, niet meer betreden,
gedeelte
van het gangenstelsel "Noord", en ontdekt een bewaarplaats
van 196 zilverlingen PHS 4.
Wat
in de loop der jaren als nooit ontdekt verdween in de ENCI oven mag
ook
als een realiteit beschouwd worden.
Evenals
wat zich nog kan bevinden in het stelsel "Slavante" dat
voor
de
eeuwigheid onbereikbaar zal zijn door de grote hoeveelheid slib die
door de ENCI cementfabriek in het gangenstelsel gespoten is.
Slotwoord
van dit verslag:
Het
begin van ons onderzoek werd destijds gekenmerkt door zeer
onrustige
tijden in de "Berg", niets bleef verborgen in de beginjaren
negentig.
Sinds
de Berglopers regeling in de Zonneberg van kracht is, keerde de rust
weer.
Men
kan hier nu legaal lopen maar daardoor raakt "Noord" in de
vergetelheid.
Dit
laatste heeft er in belangrijke mate toe geleid dat ook deze vondst
na
bijna 360 jaar weer het daglicht zag!
Henk
Kohlen, Maastricht, februari 2005
“Jacques,
es iech örreges doorbrèèk bis diech d’n èrsjte dèè iech ut
vèrtèl”
Ik
hoor het Henk nog zeggen tegen mij, in dat mooie dialect met die
prachtige
rollende R.
En
ongetwijfeld heeft hij dat tegen heel wat berglopers verteld.
Ik
heb altijd geloofd dat hij dat op een goede dag zou doen maar het is
er nooit van gekomen, op dat ene stuk na dat hij mij in vertrouwen
aanbood.
Met
dit artikel, of beter verhaal, sluiten we de periode Henk Kohlen af,
maar stiekem hoop ik dat er links of rechts nog wat “vertrouwde”
stukken van Henk te voorschijn komen.
Henk
Kohlen overleed op 11 januari 2013 op 61 jarige leeftijd in Echt,
zijn geboorteplaats.
*
Ik
ga er van uit dat de oorspronkelijke schrijver met PHS hier Philips
de derde en Philips de vierde bedoeld.
De hierboven afgebeelde munten behoren niet tot de muntvondst maar zijn wel gelijkaardig aan de gevonden munten.
Dit artikel werd eerder geplaatst in het blad "Oud St.Pieter" en in de SOK info
Geen opmerkingen:
Een reactie posten