zondag 29 mei 2011

Van Brienen


Van Brienen

Nu weer eens een opschrift met een beetje historie:

Van Brienen Luit = Ingenieur 1826

Staat er op een van de wanden in Caestert, en we weten om wie het hier gaat.

Zijn volledige naam is Jan Anne van Brienen van Ramerus, en er mag de titel Jonkheer voor staan.
De titel van Jonkheer mag je voeren als je van adel bent of afstamt, voor de naam plaatst men dan de afkorting jhr.

Enfin, Jonkheer Jan Anne van Brienen dus, werd geboren te Amsterdam op 26 oktober 1800 als zoon van jhr. Gijsbert Carel Rutger Reinier (een zeer bekend, geacht en onderscheiden militair) en Geertruid Elisabeth de Graeff.
Evenals zijn vader is zijn toekomst gericht op het leger en op 15 jarige leeftijd wordt hij dan ook ingeschreven als cadet aan de genieschool te Delft.
Onder de wapens volgt hij een opleiding tot ingenieur en 3 jaar later wordt hij bevorderd tot 2e luitenant-ingenieur.

11 maart 1825 volgt bevordering tot 1e luitenant en 20 maart 1831 kapitein.
Op 5 maart 1827 huwde Van Brienen Anna Maria Henrietta Georgina van Essen (1804-1853). Hun huwelijk bleef kinderloos.

Toen de opstand in België (1830-1839)uitbrak, bevond hij zich binnen Bergen op Zoom en hielp daar ijverig mee om die vesting "in verdedigbaren staat" te brengen.
Van 1839-1843 had hij zitting in de commissie tot het onderzoek en opmaken der ontwerpen met betrekking tot de bevestiging van een gedeelte van de Oostelijke grens bij Zwolle.
Op 16 April 1853 wordt hij bevorderd tot majoor.

Ten tijde van ons opschrift in 1826, vóór de Belgische opstand dus, zal Van Brienen ongetwijfeld de garnizoenstad Maastricht hebben bezocht in verband met de daar aanwezige vestingwerken.
Mogelijk heeft zijn aanwezigheid in 1826 direct of indirect te maken gehad met de aanleg en opening van de binnenhaven “Bassin”.
Voor de aanleg hiervan moest een deel van de Noordelijke vestingwerken worden doorbroken.
In verslagen wordt Van Brienen vaker in verband gebracht met zijn werkzaamheden als ingenieur bij waterwerken in garnizoenssteden en vestingen.

Op 21 juni 1854 overlijd jhr. J.A.Van Brienen Ramereus te Nijmegen.
Door zijn vele onderzoeken met betrekking tot de verdedighttp://www.blogger.com/img/blank.gifing van het vaderland, liet hij een schat vhttp://www.blogger.com/img/blank.gifan aantekeningen na, die na zijn overlijden aan het Rijk ten geschenke werd aangeboden.

Inmiddels heb ik een aantal artikelen van dit blog verzameld en in een PDF document geplaatst zodat het ook te lezen is op een e-reader of
i-pad.

Deel 1 is hier te downloaden.
en deel 2 vind je hier
Het kan voorkomen dat de download verlopen is, wil je er toch gebruik van maken stuur me dan een berichtje dan zorg ik ervoor dat je een nieuwe link ontvangt!

zondag 22 mei 2011

Een slechte kopie




Een slechte kopie

Dit maal geen spannend verhaal, maar slechts een constatering!
Op de eerste (bovenste) afbeelding zien we een voorstelling in het Noordelijk Gangenstelsel met de welluidende naam “Poseidon” en dit reliëf is uit de mergel gekerfd door W. Rousseau in het jaar 1970. Onder het reliëf bevind zich een uit silex-knollen gemetselde bak voorzien van een plas water waarin de goedwillende toeristen die er passeren een muntje kunnen gooien om zo een wens in vervulling te kunnen zien gaan.

Zeker niet een van mijn meest favoriete kunstuitingen in de berg!
óók zeker niet als je bekend bent met het origineel van deze voorstelling, die vind je namelijk op de binnenplaats ook wel “cour” genoemd van het statige pand genaamd: “De Hof van Tilly”.

Het monumentale reliëf stelt Poseidon en Amphitrite voor op een, door twee paarden getrokken en door tritons omgeven zegewagen, in een woelige zee.
Uit die zee komt een spuitmond van een fontein naar buiten waarvan de waterstraal wordt opgevangen door een hardstenen bekken

Een Triton wordt in de Griekse mythologie meestal voorgesteld met het hoofd en de romp van een man en de staart van een vis, een meerman. Hij was een soort koning van de zee, die samen regeerde met verscheidene van zijn broers onder het waakzame oog van de zeegod, Poseidon.

De Hof van Tilly, gelegen boven aan de Grote Gracht daar waar de Brusselsestraat begint, is genoemd naar graaf van Tilly die er begin achttiende eeuw woonde als militaire gouverneur van Maastricht.
Het pand bestaat al sinds de zestiende eeuw en is door de eeuwen heen regelmatig verbouwd; zo was het onder andere een refugie en stadspaleis.
De Hof van Tilly heeft vanaf 1834 plaats geboden aan het onderwijs: eerst als Rijksleerschool en later werd daar (vanaf 1880) een Rijkskweekschool aan toegevoegd.

Het gebouw heeft ook in de vorige eeuw een fiks aantal verbouwingen ondergaan en in 1984 moest de karakteristieke tympaan boven het poortgebouw zelfs geheel worden vernieuwd.

De Hof van Tilly is thans door de Universiteit Maastricht in gebruik als locatie voor de faculteit cultuurwetenschappen.http://www.blogger.com/img/blank.gif

Bron: Maastrichts Silhouet deel 18: http://www.blogger.com/img/blank.gif
P. Tuinman en P. Dumolin: De Hof van Tilly

Inmiddels heb ik een aantal artikelen van dit blog verzameld en in een PDF document geplaatst zodat het ook te lezen is op een e-reader of
i-pad.

Deel 1 is hier te downloaden.
en deel 2 vind je hier
Het kan voorkomen dat de download verlopen is, wil je er toch gebruik van maken stuur me dan een berichtje dan zorg ik ervoor dat je een nieuwe link ontvangt!

zondag 15 mei 2011

Veiligheid: verplichte kost!





Veiligheid: verplichte kost!

Als je tegenwoordig je hobby als bergloper legaal wilt uitvoeren moet je voorzien zijn van een certificaat!

Wijze mannen hebben bedacht dat, uit oogpunt van veiligheid maar vooral verantwoordelijkheid, in de berg lopen niet zo maar als gewoon moet worden beschouwd.
Daar zit natuurlijk een kern van waarheid in, maar wat betekend dat dan?

Welnu, een bergloper die aangesloten is bij een studiegroep of een regeling voor recreatief berglopen mag alleen nog maar een (gekeurde) groeve betreden als hij of zij daar een cursus “stabiliteit ondergrondse mergelgroeven” voor gevolgd heeft.

Deze cursus, onder leiding en gedoceerd door de geoloog Dr. Roland Bekendam, moet de bergloper duidelijk maken hoe men instabiele en dus min of meer zwakke groevegedeelten kan herkennen.
De cursus, georganiseerd door de Studiegroep Onderaardse Kalksteengroeven (SOK) en de Regeling Recreatief Berglopen (RBB), bestaat uit een avond theorie en een avond praktijk in een groeve (Noordelijk gangenstelsel St.Pietersberg) en is vooral voor de wat meer ervaren bergloper een ware “eye opener”.

Veel situaties ben je al eens tegengekomen op een je tochten, maar als het door een deskundige ter plekke wordt benoemd overkomt je toch een aantal malen het “aha erlebnis” oftewel: dáárom is dat zo!

Dit certificaat is overigens geen vrijbrief voor het betreden van groeven, dat blijft nog altijd in heel veel gevallen illegaal terrein!
Alleen de groeven die in het beheer zijn van een genootschap of stichting mogen, mits de groeve veilig gekeurd is, worden betreden.
De keuring van de groeven wordt uitgevoerd door specialisten zoals de eerder genoemde geoloog Bekendam, samen met enkele professionele blokbrekers die nog dagelijks in een groeve hun brood verdienen.

De keuring van de groeve telt een drietal normen:
Intensief gebruik, dan moet je denken aan de toeristische attracties zoals de Zonneberg en Noord in Maastricht en het Valkenburgse grottencircus.
Extensief gebruik, dat is waar de studiegroepen en de recreatieve lopers verkeren, en tenslotte:
Afgekeurd! Nou ja, die laatste spreekt voor zich hoewel het de spannendste groeven zijn om te bezoeken.

Het hele voorgaande verhaal geld natuurlijk niet voor de tientallen illegale berglopers die iedere week gewoon een gezellige of spannende avond beleven in een van de vele groeven die zowel Nederlands als België rijk is.
Daar geld gewoon: opletten waar je loopt, geen onnodige risico’s nemen
bij hele of halve instortingen, en vooral zorgen dat je voldoende en goede verlichting bij je hebt!

Op de bovenste afbeelding zien we een installatie van zeer nauwkeurige meetapparatuur voor de pilaren te monitoren
De middelste foto is van een uit voorzorg ingepakte kolom om het zogenaamde "spatten" tegen te gaan (spatten is het losraken van kleine stukjes mergel hetgeen veroorzaakt wordt door gesteente-spanningen)
En op de laatste afbeelding tenslotte zien we links SOK-voorzitter Rob Heckers,de initiatiefnemer en begeleider van de cursus, en rechts de geoloog Roland Bekendam, verantwoordelijk voor de inhoud en uitleg van het, door hem geschreven, cursusmateriaal

Inmiddels heb ik een aantal artikelen van dit blog verzameld en in een PDF document geplaatst zodat het ook te lezen is op een e-reader of
i-pad.

Deel 1 is hier te downloaden.
en deel 2 vind je hier
Het kan voorkomen dat de download verlopen is, wil je er toch gebruik van maken stuur me dan een berichtje dan zorg ik ervoor dat je een nieuwe link ontvangt!

zondag 8 mei 2011

Sint Jaan vaan Mestreech




Sint Jaan vaan Mestreech

Nu eens geen opschrift in de mergelgroeve maar wel helemaal mergel gerelateerd!
Het laat ons een opschrift zien geschreven/gekrast op een wand in de
Sint Jan kerk te Maastricht.

Wilhelmus Heck als leyendekker deze toore geverf hebbende in het jaar anno 1774 den 21 septem.

De Sint Jan is een mooie, in gotische stijl, gebouwde kerk in Maastricht.
De bouw is begonnen in het begin van de 14de eeuw.
De fundering en onderbouw zijn tot een hoogte van ongeveer 3 meter opgetrokken uit kolenzand en hardsteen de overige delen zijn van mergelsteen.

Waar de mergelblokken gewonnen zijn kan ik niet terug vinden, maar ze stammen ongetwijfeld uit een van de groeven die toebehoorden aan het Sint Servaaskapittel, die tot in de verre omtrek van Maastricht met inbegrip van bijvoorbeeld Sichen (van Zichen Zussen Bolder) en Eben-Emael bezittingen hadden.

Wat heden ten dagen maar ook al in het verleden moet hebben aangesproken is de schitterende toren.
Maar liefst 70 meter hoog, en sinds 1983 weer in een mooie opvallende kleur rood geverfd.

Over dat verven zijn nogal wat theorieën in omloop: het bestrijken van de mergel met speciale pigmenten zou de steen duurzamer en weersbestendiger maken, maar de kwaliteit van de mergelsteen is juist zo dat zich aan de buitenzijde van de steen door oxidatie een conserverende gipslaag vormt.
Voorwaarde is wel dat er een goede kwaliteit steen gebruikt wordt (mergelsteen uit Maastricht is niet goed genoeg voor buitenwerk, die uit Sichen of Sibbe wel)
Pas als er daarna in de steen wordt gekerfd, slaat de erosie toe. Een verflaag op waterbasis schijnt echter wel een binding aan te gaan met die gipslaag, waardoor de oppervlaktelaag nog iets verhardt.

Een meer voor de hand liggende verklaring voor het verven is de verfraaiing.
In vroeger tijden werden gebouwen vaker geverfd om ze een “rijker” uiterlijk te geven, en bijbouwen en reparaties konden zo ook worden gecamoufleerd.
Dat brengt ons bij het opschrift wat de aanleiding was voor dit verhaal:

Wilhelmus Heck als leyendekker deze toore geverf hebbende in het jaar anno 1774 den 21 septem.

1774 is een van de jaren dat er gerestaureerd aan de toren en een van de uitvoerders aan de restauratie (de dakdekker en tevens schilder) heeft dit kenbaar gemaakt middels dit opschrift.
Op de manier zoals hij dit kenbaar maakt mogen we ervan uitgaan dat de toren toen ook al in de kleur rood geverfd werd.

Bronnen:http://www.blogger.com/img/blank.gifhttp://www.blogger.com/img/blank.gif
Maastrichts Silhouet: LL Minis: de Sint Janskerk
Internet: De Sint Janskerk Maastricht: http://home.hccnet.nl/jef.schuit/algemeen.html

Inmiddels heb ik een aantal artikelen van dit blog verzameld en in een PDF document geplaatst zodat het ook te lezen is op een e-reader of
i-pad.

Deel 1 is hier te downloaden.
en deel 2 vind je hier
Het kan voorkomen dat de download verlopen is, wil je er toch gebruik van maken stuur me dan een berichtje dan zorg ik ervoor dat je een nieuwe link ontvangt!

zondag 1 mei 2011

Helaas



Helaas

Onder de “helaasheid” der dingen valt ook dìt gebruik van de mergelgroeven.

Hier zien we een van de zaken die nog veel te veel voorkomen:
het gebruik van een onderaardse groeve als stortplaats voor onder andere huisvuil.

Eigenlijk is het heel simpel: boven, gewoon op je erf, heb je een put en die blijkt héél diep te zijn. Bodemloos zeg maar.
En als je dan je huisvuil kwijt moet dan gooi je dat gewoon naar beneden.
20, 25 of 30 meter lager word het dan een hoopje wat zich vervolgens door de grote hoeveelheid ruimte goed kan verspreiden en dus: opgeruimd staat netjes, voor de bovenburen wel te verstaan!

Beneden, voor de bevlogen berglopers, is dat natuurlijk minder fraai, maar die hebben er strikt genomen ook niks te zoeken.
De afbeelding van de stortplaats laat overigens maar een klein “stort”
zien. Er zijn stortplaatsen (met name in België) die wel 10 keer zo lang breed en hoog zijn!

Champignonkwekers of andere gebruikers van de groeven hebben tijdens hun aanwezigheid ondergronds ook wel hun sporen achtergelaten.
Honderden meters kweekbedden liggen nog vaak in hun originele staat op de (helaas) met beton afgestreken vloeren als stille getuigen van de eens zo bloeiende champignonkweek cultuur. Dat ziet er dan weer schitterend uit in tegenstelling tot de autowrakken, verroeste aggregaten en ventilatoren die ze er links en rechts hebben achtergelaten.
Om maar niet te spreken over de honderden, al dan niet in de brand gestoken en dus half gesmolten, bekende blauwe verpakkingsbakjes voor die o zo heerlijke grotchampignons.

Zo, genoeg geschreven over de troep in de berg maar het moest er even uit!
Het volgende verhaal gaat ongetwijfeld weer over een mooi opschrift of een wondermooi stukje ondergronds landschap.
Ik ga gelijk mijn lamp bijvullen, de rugzak checken en de bergschoenen aantrekken om inspiratie op te doen!

Inmiddels heb ik een aantal artikelen van dit blog verzameld en in een PDF document geplaatst zodat het ook te lezen is op een e-reader of
i-pad.

Deel 1 is hier te downloaden.
en deel 2 vind je hier
Het kan voorkomen dat de download verlopen is, wil je er toch gebruik van maken stuur me dan een berichtje dan zorg ik ervoor dat je een nieuwe link ontvangt!