zondag 29 augustus 2010

Uit de “Deftige” tijd



Als Jules Sondeijker dit in 1902 schrijft (of het in opdracht gemaakt is weet ik niet) wordt er in Maastrichts nog Frans gesproken. Niet door iedereen natuurlijk, want het overgrote deel van de bevolking leeft in armoede, is slecht gehuisvest en werkt onder andere in de welbekende aardewerkindustrie bij de familie Regout. Het zijn juist de rijken van die tijd die dan de Franse taal nog spreken. Het gewone volk spreekt gewoon “Mestreechs” plat, een dialect dat overigens wel doorspekt is met Franse woorden, een overblijfsel uit de Franse bezetting van de stad in de 19de eeuw. Enfin (!) . . . Uit die deftige tijd is dus dit opschrift, en er staat te lezen dat ze bij Léon Claessens-Hendriks op de hoek van het Onze Lieve Vrouwenplein en de Bredestraat nummer 1, Dejeuners (een middagmaal) Diners (een avondmaal) en Soupers (een avondmaal maar dan vooral min of meer feestelijk op een laat uur) serveren. Het is gewoon niets anders als een reclameboodschap op de toeristenroute in een van de gangen van de Sint Pietersberg. Het is niet de enige reclameboodschap in de groeve, verderop in dit blog vind je onder “Reclame in de Zonneberg” nog een aantal voorbeelden van dit soort opschriften. Het in 1902 beschreven adres bestaat nog altijd en heeft ook nog altijd een horeca functie: Restaurant Brasserie “La Ville” is er thans gehuisvest. O ja, en voor dat ik het vergeet: je zit er vis-a-vis le Théatre oftewel oog in oog met het Theater: “La Bonbonnière” achter de Comedie, en dàt is pas deftig Frans!

De groevefoto is van bergloper Aldo Haan. Klik op de foto’s voor een vergroting.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten